ZOEKEN

Zonder budgettaire navigatiekaart loopt elk beleidsniveau op de klippen

De EU plant zijn inkomsten en uitgaven voor zeven jaar vooruit. Het gaat over een aanzienlijk bedrag van maar liefst 1824 miljard euro voor de periode 2021-2026. Een deel hiervan is uiteraard voorzien voor de werking van de Europese instellingen. Het gros is echter geld dat via verschillende investeringsprogramma’s terugvloeit naar Europese lidstaten, in het bijzonder naar projecten die de omslag naar een energieneutrale samenleving. Polen en Hongarije zijn twee van de grootste slokoppen. Beide lidstaten kwamen de voorbije jaren niet altijd even positief in de pers. De rechtsstaat en de persvrijheid staan er onder permanente druk en  LGBTQI-rechten worden er met de voeten getreden.

Om die reden besliste het Europees Parlement dat het ontvangen van subsidies gekoppeld zou worden aan het volgen van Europese normen en waarden, in het bijzonder respect voor de rechtstaat en de “Rule of Law”. De EU is immers meer dan een eengemaakte markt. Het is ook een morele unie die de fundamentele rechten en vrijheden van individuele burgers propageert en de almacht en willekeur van de staat bestrijdt.

Door de beslissingsprocedures binnen de Europese Unie moest de raad (alle lidstaten) het unaniem eens zijn over de parlementsbeslissing over het MFK, dus ook Polen en Hongarije. Indien zij deze beslissing niet steunden, konden zij met andere woorden de rest van de Unie te verhinderen om deze beslissing te implementeren. Geen akkoord zou immers betekenen dat er ook geen Europese begroting voor 2021 zou zijn. In het geval er geen goedgekeurde begroting is, schakelt men net zoals in ons land over op een systeem van voorlopige twaalfden. Elke maand wordt er een minibegroting toegevoegd aan de begroting van het voorgaande jaar.

Als staatssecretaris voor Begroting ben ik verheugd dat er uiteindelijk een akkoord is over het MFK, want het werken met een systeem van voorlopige twaalfden dient absoluut vermeden te worden. Het is geen geheim dat onze Belgische begrotingscijfers dieprood kleuren. Dat heeft voor een groot stuk met de coronacrisis te maken, maar ook met de val van de regering Michel, die als gevolg had dat er geen meerderheid meer was om een begroting goed te keuren en dat de regering in lopende zaken aangewezen was op voorlopige twaalfden. Voor een korte overgangsperiode kan dat geen kwaad, maar het is geen instrument om jaren aan een stuk te gebruiken. Helaas is dat in ons land wel gebeurd: twee jaar lang was er geen begroting. Geen nieuw beleid. Geen structurele maatregelen. Het idee van een begroting in evenwicht, waar de regering Michel zo hard had naar toe gewerkt, smolt als sneeuw voor de zon. Terwijl het de bedoeling was om 2019 op 0,6% tekort te landen, werd dat al snel 1,8%. De miljarden stapelden zich op. Nog voor de uitbraak van het coronavirus was er al een begrotingstekort van 9 miljard. Toen die in alle hevigheid begon te woeden was het hek helemaal van de dam. We verwachten voor 2021 een begrotingstekort van 25 miljard.

U mag gerust weten. Ik lig daar wakker van.

Om het met de woorden van Angela Merkel tijdens de persconferentie te zeggen “er viel een steen van mijn hart” toen ik vernam dat er een akkoord bereikt werd over de meerjarenbegroting. Dit zorgt er immers voor dat in eerste instantie alle reguliere investeringsmiddelen van de Europese Unie verder ingezet kunnen worden. Zonder akkoord zou de EU in een halve shutdown gaan aangezien veel investeringsprogramma’s eind dit jaar aflopen en er geen nieuwe programma’s opgestart zouden kunnen worden.

Het tweede gevolg van een akkoord over de MFK is dat nu ook de zogenaamde Brexit Adjustment Reserve (BAR) beschikbaar gesteld kan worden. Dit reservefonds bevat 5 miljard euro om de landen die het hardst getroffen worden door gevolgen van de Brexit, financieel bij te staan om deze impact op te vangen. Hoewel nog niet vaststaat welk bedrag België uit dit fonds zal ontvangen, is het wel al duidelijk dat we elke euro gaan kunnen gebruiken om onze getroffen ondernemers te ondersteunen, zeker de vele KMO’s die voordien geen handel voerden buiten de EU en die nu een hele hoop bijkomende douaneformaliteiten in orde moeten brengen en wellicht geconfronteerd gaan worden met handelstarieven en/of handelsquota.

Ten derde heeft de goedkeuring van het MFK als gevolg dat de o zo nodige Europese relancemiddelen vrijgegeven kunnen worden. In het Next Generation EU plan zit zo’n 750 miljard aan subsidies en leningen. Voor alle overheden samen in België gaat het over zo’n 5,1 miljard, waarvan de federale overheid bescheiden rekent op 1 miljard. Deze middelen hebben we echt nodig om onze economie terug te laten bloeien én dus met andere woorden ook onze begrotingscijfers te verbeteren.

Er stond dus duidelijk veel op het spel staat en ik ben dus bijzonder verheugd dat de Europese beleidsvoerders hun verantwoordelijkheid hebben genomen en tot een akkoord zijn gekomen. Met betrekking op de conditionaliteit van de Europese fondsen, m.a.w. het feit dat lidstaten die de principe van de rechtstaat met de voeten treden hun EU fondsen konden verliezen werd een compromis uitgewerkt waar alle lidstaten zich hebben in kunnen vinden. Dit compromis bestaat uit  een verklaring die verduidelijkt dat het zogenaamde rechtsstaatmechanisme enkel gelinkt is aan de bescherming van de Europese begroting en dat de procedure objectief en onpartijdig is en alle lidstaten gelijk behandelt. Compromissen winnen zelden schoonheidsprijzen, maar ik ben tevreden dat het basisprincipe behouden blijft en dat het belang van de beginselen van de rechtstaat expliciet naar voren geschoven worden als het fundament van de Europese Unie.

Hoewel ik blij ben met het akkoord, betreur ik wel de gang van zaken. Het feit dat in dit geval twee lidstaten, maar het kan er zelfs slechts een zijn, een dergelijke beslissing over het meerjarig financieel kader van de Europese Unie kan blokkeren is nefast voor de werking van de unie. De onzekerheid die gepaard ging met het uitblijven van een akkoord werkte vertragend en verlammend. Onder de huidige economische omstandigheden hebben we nood aan stabiliteit, perspectief en krachtdadig bestuur. Politieke spelletjes maken elke vorm van budgettair stabiel beleid onmogelijk met al te vaak financiële kraters als gevolg waarvan de burger-belastingbetaler uiteindelijke de dupe is. Daarom moeten de Europese beslissingsprocedures herbekeken worden en de unanimiteit in de Europese Raad aangepast worden. Het kan niet dat een lidstaat de hele werking van de Europese Unie ondermijnt door het stellen van een veto.

Om goed beleid te voeren, of het nu op gemeentelijk, gewestelijk, Belgisch of Europees niveau is, heb je nood aan een goede en juiste navigatiekaart. Je moet weten waar je naar toe wil zeilen en met welke instrumenten je dit wil doen, waar je meer op wil inzetten en waar op minder. Een goedgekeurde begroting die aangeeft welke middelen voorhanden zijn en die de politieke prioriteiten omzet naar budgetten is de belangrijkste navigatiekaart die er is. Zonder slaat elk schip op de klippen, of het nu onder Belgische of Europese vlag vaart.